Dieterdermolen Dieteren
Kruisbroeders en Kusters De watermolen dateert uit de 14e eeuw en begin 15e eeuw kwam zij in bezit van het klooster der Kruisbroeders in Roermond, de monniken hielden het ruim drie en een halve eeuw in eigendom. In de Franse tijd (rond 1800) werden kloosters opgeheven en hun goederen openbaar verkocht, de molen kwam in bezit van de familie Custers (of Kusters) en bleef ruim anderhalve eeuw familiebezit. Een steen met inscriptie herinnert aan deze familie: de initialen JHK staan voor Johannes Hendrik Kusters en GVDS voor Gertruda van der Straeten, zijn echtgenote. In 1806 renoveerden zij hun nieuwe bezit. In 1976 werden huis, molen, schuur en boomgaard verkocht.
De ‘Dieterenmolen’ in 1859, getekend voor Provinciale
Waterstaat Waterrad en turbine Tot 1901 werd de molen aangedreven door een waterrad, in dat jaar werd zoals voor veel watermolens in die periode, vervanging door een turbine aangevraagd. Boven een gedeelte van de beek werd een turbinekamer gebouwd. In de molen liggen twee koppels maalstenen, maar de turbine leverde te weinig kracht om beide tegelijkertijd aan te drijven. Tot begin jaren zestig is de molen nog af en toe actief geweest, maar dat al heel lang niet meer gemalen is getuigt de verlanding van de beek voor en achter het turbinehuis. Uitzicht Van Bussel schreef in zijn boek ‘de Molens van Limburg’ uit 1991: “De molen ligt op vrij grote afstand van het dorp (…). De weinige bebouwing houdt bij de molen op en achter de molen strekt zich een wijd landschap uit met een gekanaliseerde Rode Beek.“ Het uitzicht achter de molen is een twintig jaar later enigszins veranderd. Ansichtkaarten
1980 |